Unicorns & Fairytales
groepsvorming in de klas - unicorns & fairytales
My life

Groepsvorming in de klas, een heel jaar door!

Ken je het? Die eerste dag op school zitten je nieuwe leerlingen allemaal braaf te wezen. Een nieuw leerjaar, misschien ook nieuwe leerlingen, een nieuwe leerkracht… Het is spannend. Ze tasten af. Elkaar, maar ook jou. Wat kunnen ze verwachten? Hoe is die nieuwe leerkracht. Maar na een tijdje verandert er veel. Daarom is het belangrijk om vanaf de start in te zetten op groepsvorming. De gouden en zilveren weken zijn daar een bekende term voor. Maar vergeet niet… een heel jaar door werken aan een positief klasklimaat is super belangrijk om tot goede en fijne leermomenten te komen met kinderen die elkaar en jou respecteren en intrinsiek gemotiveerd zijn. Ik overloop graag even de fasen van groepsvorming.

Inzicht, modellen en praktische tips voor leerkrachten in het basisonderwijs

In het basisonderwijs spelen groepsvorming en groepsdynamiek een cruciale rol in het leerproces. Het begrijpen van hoe groepen zich ontwikkelen kan je helpen om een effectieve en harmonieuze leeromgeving te creëren. In dit artikel duiken we in de wereld van groepsvorming, bekijken we twee belangrijke modellen – het Zesfasenmodel van Remmerswaal en de fasen van groepsvorming volgens Tuckman – en bieden we praktische tips en activiteiten voor elke fase van groepsvorming.

Wat is Groepsvorming?

Groepsvorming verwijst naar het proces waarbij een groep mensen – zoals een klas leerlingen – zich ontwikkelt van losse individuen naar een hechte en samenwerkende groep. Dit proces is dynamisch en kan leiden tot veranderingen in hoe groepsleden met elkaar omgaan, communiceren en samenwerken. In een klaslokaal is een goede groepsvorming essentieel omdat het de basis legt voor een effectieve leeromgeving, waarin leerlingen zich veilig voelen en optimaal kunnen presteren.

Waarom is Groepsvorming Belangrijk?

Een positieve groepsdynamiek bevordert niet alleen de leerprestaties maar ook de sociale en emotionele ontwikkeling van leerlingen. Wanneer een groep goed functioneert, zijn leerlingen meer geneigd om samen te werken, conflicten op een constructieve manier op te lossen en elkaar te ondersteunen. Dit draagt bij aan een betere leerervaring en verhoogt het algehele welzijn van de leerlingen.

Modellen van Groepsvorming

Er zijn verschillende modellen die helpen om groepsvorming te begrijpen en te begeleiden. Twee veelgebruikte modellen zijn het Zesfasenmodel van Remmerswaal en de fasen van groepsvorming volgens Tuckman.

Fasen van Groepsvorming volgens Tuckman

Bruce Tuckman stelde in de jaren ’60 een model voor dat groepen beschrijft in vijf fasen:

  1. Forming (Vorming): De groep komt samen en leert elkaar kennen. Iedereen is nog voorzichtig en zoekt naar zijn plek binnen de groep.
  2. Storming (Storm): De groep ervaart conflicten en spanningen. Groepsleden strijden om posities en invloed.
  3. Norming (Normering): De groep begint normen en regels te ontwikkelen. Er ontstaat meer samenwerking en cohesie.
  4. Performing (Presteren): De groep functioneert op een hoog niveau en werkt effectief samen aan de gemeenschappelijke doelen.
  5. Adjourning (Afsluiten): De groep neemt afscheid, bijvoorbeeld aan het einde van een project of schooljaar.

Zesfasenmodel van Remmerswaal

Joop Remmerswaal biedt een uitgebreider model met zes fasen:

  1. Voorfase (Oriëntatiefase): Groepsleden verkennen elkaar en de situatie. De nadruk ligt op kennismaken.
  2. Machtsfase (Invloedfase): Groepsleden strijden om invloed en macht. Conflicten en onderlinge strijd komen vaak voor.
  3. Affectiefase (Relatiefase): De focus verschuift naar het opbouwen van relaties en samenwerking. De groepscohesie neemt toe.
  4. Autonome Groep (Structureringsfase): De groep heeft een duidelijke structuur en werkt effectief samen.
  5. Afsluitingsfase (Opheffingsfase): De groep bereikt haar doelen of wordt ontbonden. Er wordt afscheid genomen.
  6. Evaluatiefase: De groep reflecteert op het proces en de behaalde resultaten.

lees ook: Programmeren met kinderen: tips en ideetjes

Verschillen Tussen de Modellen

Hoewel beide modellen de fasen van groepsvorming beschrijven, verschillen ze op enkele punten:

  • Aandacht voor Macht en Invloed: Remmerswaal besteedt specifieke aandacht aan de machtsfase, waarin groepsleden strijden om invloed. Dit aspect is minder expliciet in Tuckman’s model.
  • Relatie en Emotie: De affectiefase in Remmerswaal’s model legt extra nadruk op het ontwikkelen van relaties en groepscohesie, terwijl deze aspecten meer geïntegreerd zijn in Tuckman’s norming-fase.
  • Evaluatie: Het Zesfasenmodel van Remmerswaal bevat een aparte evaluatiefase, waarin de groep reflecteert op het gehele proces. Tuckman’s model bevat geen aparte fase voor evaluatie, hoewel er in de adjourning-fase enige reflectie kan plaatsvinden.

Praktische tips en activiteiten per fase

Fase 1: Oriëntatiefase

1. Kennismakingsspelletjes:
In de eerste dagen van het schooljaar is het belangrijk dat de leerlingen elkaar leren kennen. Organiseer kennismakingsspelletjes zoals “bingo” waarbij ze vakjes moeten invullen met informatie over hun klasgenoten, of “2 waarheden en 1 leugen” waarin ze elkaar leren kennen door waarheden en onwaarheden te raden. Deze spellen zorgen ervoor dat leerlingen zich comfortabeler voelen in de groep. Je kan ook een escape room maken!

2. Namen- en hobby’s-rondje:
Een eenvoudige manier om elkaar te leren kennen is door een rondje te doen waarin elke leerling zijn of haar naam en een hobby deelt. Dit kan bijvoorbeeld met een bal die wordt doorgegeven; de leerling die de bal ontvangt, vertelt iets over zichzelf. Zo krijgen de leerlingen een gezicht bij de namen en ontstaat er al snel een gemeenschappelijke basis.

3. “Wie hoort er bij mij?”
Laat leerlingen paren vormen op basis van overeenkomsten, zoals dezelfde lievelingskleur, favoriete eten, of hobby. Dit kan snel en informeel gebeuren, maar zorgt ervoor dat leerlingen alvast een klik vinden met elkaar. Het helpt om een eerste verbinding te leggen tussen de groepsleden.

4. Groepspuzzel:
Zet de leerlingen in kleine groepjes en geef elk groepje een deel van een puzzel. Ze moeten samenwerken om hun puzzel op te lossen en uiteindelijk alle puzzels samenvoegen tot één grote. Dit bevordert samenwerking en legt de nadruk op het belang van iedere individuele bijdrage aan het groepsproces.

5. Klasregels opstellen:
Betrek de leerlingen bij het opstellen van de klasregels. Bespreek samen wat belangrijk is voor een fijne en veilige klasomgeving. Wanneer leerlingen meedenken over de regels, zijn ze meer geneigd zich eraan te houden. Het creëert ook meteen een gevoel van verantwoordelijkheid en betrokkenheid bij de groep.


Fase 2: Machtfase

1. Rollen uitdelen in een groepsopdracht:
In deze fase is het nuttig om leerlingen verschillende rollen te geven tijdens groepsopdrachten, zoals leider, tijdwaarnemer, of notulist. Dit helpt hen om hun positie in de groep te verkennen en te leren samenwerken. Het geeft hen ook de kans om verschillende vaardigheden te ontwikkelen.

2. Groepsdiscussie:
Organiseer een discussie over een onderwerp dat de leerlingen interesseert of dat in de klas speelt. Dit kan variëren van schoolgerelateerde onderwerpen tot algemene thema’s zoals vriendschap of sociale media. Door gezamenlijk beslissingen te nemen en ideeën uit te wisselen, leren leerlingen hun mening te uiten en rekening te houden met die van anderen.

3. Conflictsimulatie:
Laat de leerlingen een conflictsituatie uitspelen en bespreek samen hoe deze op een constructieve manier opgelost kan worden. Dit helpt de leerlingen om te gaan met de spanningen die kunnen ontstaan in deze fase en leert hen conflicten op een gezonde manier aan te pakken.

4. Vertrouwensspelletjes:
Spellen zoals “blind vertrouwen”, waarbij één leerling geblinddoekt is en door een ander door een parcours wordt geleid, zijn nuttig om vertrouwen binnen de groep op te bouwen. Dergelijke spellen helpen leerlingen om elkaar te leren vertrouwen en om steun te ervaren van hun klasgenoten.

5. Besluitvorming door de groep:
Geef de groep de verantwoordelijkheid om samen een besluit te nemen over bijvoorbeeld een klasactiviteit of het indelen van een project. Door gezamenlijk te beslissen, leren de leerlingen compromissen te sluiten en rekening te houden met de mening van anderen. Dit draagt bij aan het gevoel van gezamenlijke verantwoordelijkheid.


Fase 3: Affectiefase

1. Complimentenronde:
In deze fase is het belangrijk om de onderlinge band te versterken. Organiseer een complimentenronde waarbij elke leerling een positief compliment geeft aan een ander. Dit kan mondeling in een kringgesprek, of schriftelijk via kaartjes. Het bevordert een positieve sfeer en helpt om relaties te verdiepen.

2. Samenwerkingsopdrachten:
Laat leerlingen in duo’s of kleine groepjes samenwerken aan een opdracht of project. Door samen te werken, leren ze elkaars sterke en zwakke punten kennen, en kunnen ze elkaar ondersteunen. Dit versterkt de cohesie in de groep en zorgt voor een gevoel van samenhorigheid.

3. Klassenfoto of groepsportret maken:
Betrek de leerlingen bij het maken van een klassenfoto of groepsportret. Dit kan een traditionele foto zijn, maar ook een creatieve uiting zoals een collage of schilderij waarbij iedereen een bijdrage levert. Zo’n gezamenlijke creatie versterkt de groepsidentiteit en zorgt voor trots binnen de groep.

4. Cirkel van steun:
Creëer een veilige ruimte waar leerlingen om de beurt iets delen waar ze trots op zijn, of waarbij ze steun nodig hebben. De rest van de groep geeft positieve feedback of steunende woorden. Dit helpt om een ondersteunende en empathische groepsdynamiek te bevorderen.

5. Buddy-systemen:
Stel buddy-systemen in waarbij leerlingen elkaar helpen, bijvoorbeeld bij moeilijkere opdrachten of bij het inhalen van gemiste lessen. Dit zorgt voor onderlinge steun en versterkt de verbinding tussen de leerlingen, wat bijdraagt aan een positieve groepssfeer.


Fase 4: Autonome Groep

1. Project door leerlingen geleid:
In deze fase kun je leerlingen een project laten kiezen, plannen en uitvoeren zonder al te veel inmenging van de leerkracht. Dit kan een creatief project zijn, zoals het maken van een schoolkrant, of een maatschappelijk project, zoals het organiseren van een inzamelingsactie. Door zelf leiding te nemen, ontwikkelen ze autonomie en verantwoordelijkheid.

2. Groepsuitje plannen:
Laat de leerlingen zelf een uitstapje organiseren, waarbij ze verantwoordelijk zijn voor de planning, logistiek en activiteiten. Dit helpt hen om samen te werken en te leren plannen, terwijl ze tegelijkertijd genieten van een gezamenlijke ervaring buiten de klas.

3. Rotatiewerkstations:
Creëer verschillende werkstations in de klas waar leerlingen zelfstandig aan kunnen werken. Ze wisselen van station volgens een schema, waarbij ze elke keer met een andere taak bezig zijn. Dit bevordert zelfstandigheid en verantwoordelijkheid, en geeft leerlingen de kans om op hun eigen tempo te werken.

4. Leerlingen laten lesgeven:
Laat leerlingen een mini-les voorbereiden en geven over een onderwerp dat ze interessant vinden of waar ze goed in zijn. Dit helpt hen om hun kennis te delen, vertrouwen te krijgen in hun eigen capaciteiten en tegelijkertijd de groep te inspireren.

5. Reflectiecirkel:
Laat de groep regelmatig reflecteren op hun samenwerking en groepsdynamiek. Dit kan in een kringgesprek, waarbij iedereen om de beurt deelt wat goed gaat en wat beter kan. Door gezamenlijk te reflecteren, blijft de groep zich ontwikkelen en blijven ze zich bewust van hun groepsprocessen.


lees ook: / Poëzieweek/ Tips en ideetjes om creatief aan de slag te gaan met poëzie

Fase 5: Afsluitingsfase

1. Terugblik-activiteit:
Organiseer een activiteit waarbij de groep terugblikt op het schooljaar. Dit kan een fotocollage zijn, een tijdlijn van gebeurtenissen, of een “hoogtepuntenlijst”. Deze activiteit helpt leerlingen om te reflecteren op hun gezamenlijke ervaringen en successen.

2. Afscheidsritueel:
Sluit het schooljaar af met een ritueel, zoals het gezamenlijk planten van een boom, het maken van een herinneringsboek, of een symbolische overhandiging van een klasmascotte. Dit helpt bij het verwerken van het afscheid en biedt een positief einde aan het schooljaar.

3. Reflectievragen:
Geef elke leerling een set reflectievragen, zoals “Wat heb ik geleerd?”, “Waar ben ik trots op?” of “Wat ga ik missen?”. Dit stimuleert persoonlijke reflectie en helpt leerlingen om hun ervaringen samen te vatten en af te ronden.

4. Bedankkaartjes schrijven:
Laat leerlingen bedankkaartjes schrijven aan klasgenoten of leerkrachten, waarin ze aangeven wat ze aan de ander waarderen. Dit zorgt voor een positieve afsluiting en helpt om de band binnen de groep te versterken, zelfs bij afscheid.

5. Slotfeest organiseren:
Laat de leerlingen een slotfeest organiseren als afsluiting van het schooljaar. Ze kunnen zelf verantwoordelijk zijn voor de planning, muziek, spelletjes, en hapjes. Dit biedt een informele en feestelijke manier om het schooljaar af te sluiten en afscheid te nemen.


Fase 6: Forming van een Nieuwe Groep

1. Vooruitblik en doelen stellen:
Laat leerlingen aan het begin van een nieuw schooljaar persoonlijke en groepsdoelen stellen. Dit kan individueel of in groepjes, en helpt om meteen een gevoel van richting en motivatie te creëren. Het bevordert ook een gezamenlijke visie voor het nieuwe schooljaar.

2. Voorbereidende kennismaking:
Als het mogelijk is, organiseer een kennismakingsactiviteit met de nieuwe groep nog voordat het schooljaar begint. Dit kan een kennismakingsdag zijn, een gezamenlijke activiteit, of een informele bijeenkomst. Zo kunnen leerlingen alvast wennen aan elkaar en de nieuwe omgeving.

3. Evaluatie oude groep:
Bespreek met de leerlingen wat goed ging in de vorige groep en wat ze willen meenemen naar de nieuwe groep. Dit helpt hen om hun ervaringen te verwerken en geeft waardevolle inzichten voor de toekomst.

4. Overdrachtsritueel:
Laat de oude groep iets

symbolisch doorgeven aan de nieuwe groep, zoals een klasmascotte, een gezamenlijke herinnering, of een traditioneel klassenritueel. Dit creëert een gevoel van continuïteit en verbinding tussen de groepen.

5. Nieuwe start visualiseren:
Laat de leerlingen een tekening of collage maken van hoe ze de nieuwe groep voor zich zien en wat ze belangrijk vinden in het komende schooljaar. Dit helpt om hun ideeën en verwachtingen concreet te maken en stimuleert een positieve start.


lees ook: Hoe ik persoonlijk vind dat we ons onderwijs moeten aanpassen

Boekentips

De gouden weken en zilveren weken

In deze twee boeken vind je niet alleen uitleg over groepsvorming, maar ook enorm veel werkvormen en activiteiten die je in de klas kunt toepassen. Ik heb ze beiden en de boeken zijn heel makkelijk te gebruiken. Je vindt er tussendoortjes per leeftijd en zo kan je op voorhand ook selecteren wat je zou willen toepassen. De Gouden weken gaan over de eerste weken na de zomervakantie en de Zilveren Weken gaat meer over de periode na Nieuwjaar. Maar hey… alle activiteiten zijn door elkaar inzetbaar.

Je kan het boek hier vinden

De groepscode

Dit boek heb ik besteld en ga ik helemaal uitpluizen. Hij hanteert de methode van Remmerswaal en heeft er allerlei activiteiten bij gemaakt op maar van klasgroepen. Downloads zijn hierbij ook beschikbaar!

Je kan het boek hier vinden

  • “De Gouden Weken: Hoe je een goede start maakt met je klas” – Anton Horeweg
  • “Samenwerken en Groepsvorming in de Klas” – Daniëlle Luitwieler
  • “Pedagogisch tact: hoe werkt dat?” – Luc Stevens en Geert Bors
  • “Klassenmanagement in de praktijk” – Hilde Colpin
  • Artikel: “De kracht van de eerste weken: de Gouden Weken in de praktijk” – Onderwijs Maak Je Samen
    Link: Onderwijs Maak Je Samen
  • Artikel: “Positieve groepsvorming in de klas: hoe pak je dat aan?” – Klasse.be
    Link: Klasse.be
  • Handleiding: “Handleiding voor het begeleiden van groepsprocessen” – Leraar24
    Link: Leraar24
  • Tijdschrift: “Tijdschrift voor Orthopedagogiek”
    Link: Tijdschrift voor Orthopedagogiek
  • Tijdschrift: “JSW: Jeugd in School en Wereld”
    Link: JSW Tijdschrift

XOXO Nathalie

You Might Also Like...

No Comments

    Leave a Reply